Mieren van Camponotus nicobarensis komen van nature voor in Azië. Het is een middel grote reuzenmier die erg makkelijk te houden is. Ze zien er met hun rood-oranje kleuring prachtig uit en zijn zeer actief. Deze tropische soort doet het uitermate goed bij warme temperaturen met een luchtvochtigheid van rond de 50-70% in het nestgedeelte. Ze zijn het hele jaar door actief, waardoor kolonies snel kunnen groeien. De koningin kan wel 25 jaar oud worden en staat dus garant voor vele jaren plezier van de mieren hobby.
Details
Afmetingen
Koningin: 15-16 mm
Werksters: 6-12 mm (minors en majors aanwezig)
Mannetjes: 10 mm, zwart gekleurd
Kolonie samenstelling
Koningin: Monogyn, één koningin per kolonie
Kolonie: tot ongeveer 10.000 werksters
Temperatuur
Optimaal: 22°C tot 28°C
Winterrust: nee
Voedsel
Suikerbron: bijvoorbeeld honing, schenkstroop, suikerwater, honingdauw
Eiwitbron: insecten zoals bijvoorbeeld fruitvliegen, vliegen, krekels, muggen, etc.
Ontwikkeling
De ontwikkeling van eitje tot mier is sterk afhankelijk van temperatuur. Bij deze soort duurt het ongeveer 4 tot 6 weken:
Eitje tot larve: 8 tot 10 dagen
Larve tot pop: 10 tot 14 dagen
Pop tot werkster: 10 tot 14 dagen
Verwachtte groei (bij optimale omstandigheden)
Jaar 1: 50 tot 100 werksters
Jaar 2: 250 tot 1000 werksters
Jaar 3: 1.000 tot 2.000 werksters
Jaar 4: 2.000 tot 4.000 werksters
Jaar 5: 4.000 tot 8.000 werksters
Maximaal: 10.000 werksters